Geconsolideerde tekst van de Verordening, houdende bepalingen nopens het bergen van petroleum en andere licht ontvlambare oliën - Informashon tokante Gobièrnu di Kòrsou

Wet- en Regelgeving

Geconsolideerde tekst van de Verordening, houdende bepalingen nopens het bergen van petroleum en andere licht ontvlambare oliën

Publicatienummer: P.B. 2024, no. 61 (Geconsolideerde Tekst)
Categorie: Geconsolideerde Tekst Landsverordening
Ministerie: Financiën
Datum ondertekening: 22-04-2024
Datum inwerktreding: 01-12-1905
Geregistreerd in:
Klapper Publicatieblad ( HOOFDSTUK VIII Openbare veiligheid)


Landsbesluit van de 22ste april 2024, no. 24/975, houdende vaststelling van de geconsolideerde tekst van de Verordening, houdende bepalingen nopens het bergen van petroleum en andere licht ontvlambare oliën

Datum inwerkingtreding Terugwerkende kracht tot en met Datum ingetrokken Betreft Vindplaats Zittingsjaar
01-12-1905 n.v.t. n.v.t. Geconsolideerde tekst P.B. 2024, no. 61 (GT) n.v.t.

Artikel 1

Petroleum en andere licht ontvlambare oliën mogen, in een grotere hoeveelheid dan van 180 liters – onverschillig of zij al dan niet van één soort zijn – niet worden geborgen dan in Lands- of particuliere bergplaatsen, die daarvoor bepaald zijn aangewezen door de procureur-generaal in overleg met de Minister van Financiën.
De Inspecteur der Invoerrechten en Accijnzen is belast met het toezicht op de berging.

Artikel 2

De particuliere bergplaatsen moeten voorzien zijn van twee verschillend werkende sloten, terwijl de sleutels van een van die sloten zullen berusten bij de in de laatste alinea van het vorig artikel genoemde ambtenaar.
In die bergplaatsen mogen geen andere goederen dan petroleum en andere licht ontvlambare oliën worden geborgen.

Artikel 3

Het brengen van de olie in, en het weghalen ervan uit de bergplaatsen geschiedt door en op kosten van de belanghebbenden.
Voor bergloon in de Lands-bergplaatsen, wordt aan de Landskas betaald 1/6 cent voor elke liter olie, die geborgen wordt.
Geen olie wordt uit de bergplaatsen afgeleverd, dan nadat het daarvoor verschuldigde bergloon is betaald.
Noch de ambtenaar, die met het toezicht op de bergplaatsen is belast, noch het Land is verantwoordelijk voor lekkage of andere schade aan het geborgene overkomen.
Echter moet aan de belanghebbenden, telkens wanneer zij zulks verlangen, de gelegenheid worden verschaft om het voor hen geborgene, in de bergplaatsen, in bijzijn van hem, die met het toezicht daarop belast is, te bezien en maatregelen te nemen ter voorkoming, of het doen ophouden van lekkage of andere schade. Gedurende de gewone kantooruren wordt die gelegenheid kosteloos verschaft, doch buiten de gewone kantooruren moet aan hem, die met het toezicht belast is, voor het verschaffen van die gelegenheid, door de belanghebbenden voor ieder uur of gedeelte daarvan worden betaald een gulden.

 

Artikel 4

1. Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde zijn belast de bij landsbesluit aangewezen personen. Een zodanige aanwijzing wordt bekendgemaakt in het blad waarin van Landswege de officiële berichten worden geplaatst.
2. De krachtens het eerste lid aangewezen personen zijn, uitsluitend voor zover dat voor de vervulling van hun taak redelijkerwijze noodzakelijk is, bevoegd:
a. alle inlichtingen te vragen;
b. inzage te verlangen van alle boeken, bescheiden en andere informatiedragers en daarvan afschrift te nemen of deze daartoe tijdelijk mee te nemen;
c. goederen aan opneming en onderzoek te onderwerpen, deze daartoe tijdelijk mee te nemen en daarvan monsters te nemen;
d. alle plaatsen, met uitzondering van woningen zonder de uitdrukkelijke toestemming van de bewoner, te betreden, vergezeld van door hen aangewezen personen.
3. Zo nodig, wordt de toegang tot een plaats als bedoeld in het tweede lid, onderdeel d, verschaft met behulp van de sterke arm.
4. Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de wijze van taakuitoefening van de krachtens het eerste lid aangewezen personen.
5. Een ieder is verplicht aan de krachtens het eerste lid aangewezen personen alle medewerking te verlenen die op grond van het tweede lid wordt gevorderd.

Artikel 5

Indien bevonden wordt, dat in strijd met het bij het eerste lid van artikel 1 bepaalde is gehandeld, wordt hetgeen de bij dat artikel bedoelde hoeveelheid van 180 liters te boven gaat, vanwege de politie en ten kosten van de belanghebbende, onmiddellijk verwijderd en geborgen in de aangewezen plaatsen.

Artikel 6

Wanneer in de havens of op de reden schepen liggen, die een grote hoeveelheid petroleum of andere licht ontvlambare oliën aan boord hebben, kan de minister van Justitie of een door hem aan te wijzen ambtenaar, zo hij dit voor de openbare veiligheid nodig acht, gelasten, dat die olie in een van de in artikel 1 bedoelde bergplaatsen wordt opgeslagen.
Wanneer belanghebbenden weigeren dit te doen, geschiedt zulks vanwege de politie, op hun kosten.

Artikel 7

Overtreding van de bepaling van artikel 1, eerste lid, wordt gestraft met gevangenisstraf van 1 tot 3 maanden en geldboete van de eerste categorie, gezamenlijk of afzonderlijk.

Artikel 8

(vervallen)

 

 

Naar boven