| Publicatienummer: | P.B. 2024, no. 103 |
| Categorie: | Landsverordening |
| Ministerie: | Gezondheid, Milieu & Natuur |
| Datum ondertekening: | 14-10-2024 |
| Datum inwerktreding: | 01-01-2025 |
| Geregistreerd in: |
Klapper Publicatieblad ( HOOFDSTUK VII Openbare gezondheid)
Klapper Afkondigingsblad ( HOOFDSTUK VII Openbare gezondheid)
|
LANDSVERORDENING van de 14de oktober 2024 tot wijziging van de Hinderverordening Curaçao 1994, de Landsverordening Inspectie voor de Volksgezondheid, en de Eilandsverordening leges, precariorechten en retributies Curaçao 1992, teneinde luchtkwaliteitseisen op te nemen voor het Land Curaçao (Landsverordening luchtkwaliteitseisen Curaçao)
| Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum ingetrokken | Betreft | Vindplaats | Zittingsjaar |
| 01-01-2025 (ged.) | n.v.t. | n.v.t. | wijziging diverse landsverordeningen. | P.B. 2024, no. 103 | 2023 – 2024 – 219 |
| n.v.t. | n.v.t. | Art. I, ond. B, E, F, G, m.u.v. de met onderdeel G in de Hinderveror-dening Curaçao 1994 in te voegen artt. 32c, 32d en 32x, O, P, Q en art. IV van de lvo. Luchtkwaliteits-eisen Curaçao | P.B. 2024, no. 164 | n.v.t. |
De Hinderverordening Curaçao 1994 wordt gewijzigd als volgt:
A
Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel b door een puntkomma wordt aan artikel 1, eerste lid, een onderdeel toegevoegd, luidende:
c. “Inspectie”: De Inspectie bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Landsverordening Inspectie voor Volksgezondheid, Milieu en Natuur.
B
In artikel 3 wordt in het eerste en tweede lid telkens “Het is verboden zonder vergunning” vervangen door:
Het is verboden zonder vergunning of in afwijking van de vergunning.
C
Na artikel 4 wordt een nieuw artikel ingevoegd luidende:
Artikel 4a
Ten aanzien van de krachtens artikel 1, tweede lid, aangewezen inrichtingen dan wel activiteiten kunnen bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, aanvullende regels worden gesteld in het belang van de bescherming van het milieu.
D
Aan artikel 6 worden twee leden toegevoegd, luidende:
3. Bij of krachtens landsbesluit, houdende algemene maatregelen, kan worden bepaald dat kosten die verbonden zijn aan de behandeling van het verzoek om een vergunning, een revisievergunning of een verzoek tot wijziging van een vergunning als bedoeld in deze landsverordening voor rekening komen van de aanvrager.
4. Bij de berekening van de in het derde lid bedoelde kosten wordt in ieder geval rekening gehouden met verschillen in complexiteit van verzoeken.
E
Artikel 15 wordt gewijzigd als volgt:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding “1.” geplaatst.
2. Er wordt een lid toegevoegd luidende:
2. Bij de beoordeling, bedoeld in het eerste lid, neemt de Minister van Gezondheid, Milieu en Natuur eveneens de grens- en richtwaarden, bedoeld in Hoofdstuk 3A, Afdeling 3 in acht.
F
In artikel 18 wordt en lid toegevoegd, luidende:
3. In afwijking van het tweede lid, kan de Minister van Gezondheid, Milieu en Natuur bij overschrijding van een in Hoofdstuk 3A bedoelde grenswaarde de vergunning alsnog verlenen, indien de overschrijding zodanig gering is dat het effect op de luchtkwaliteit in de praktijk niet met zekerheid is vast te stellen, of indien de luchtkwaliteit door de te vergunnen activiteit per saldo niet verslechtert.
G
Na artikel 32 wordt een nieuw hoofdstuk ingevoegd luidende:
Hoofdstuk 3A
Luchtkwaliteit
Afdeling 1
Algemeen
Artikel 32a
Begripsbepalingen
In dit hoofdstuk en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
a. Acht-uurgemiddelde concentratie: concentratie van verontreinigende stoffen in de buitenlucht, gemiddeld over acht uren, uitgedrukt in microgram per m3 lucht;
b. alarmdrempel: luchtkwaliteit waarbij het waarschuwen van de bevolking noodzakelijk is teneinde risico’s voor de gezondheid van de mens in geval van een kortstondige overschrijding te beperken;
c. daggemiddelde concentratie: concentratie van verontreinigende stoffen in de buitenlucht, gemiddeld over het tijdvak van 0:00 uur tot 24:00 uur Atlantische standaard tijd, uitgedrukt in microgram per m3 lucht;
d. grenswaarde: een bij algemeen verbindend voorschrift vastgesteld kwaliteitsniveau van de concentratie van verontreinigende stoffen, met als doel schadelijke gevolgen voor de menselijke gezondheid of het milieu als geheel te vermijden, te voorkomen of te verminderen, dat binnen een bepaalde termijn moet worden bereikt en, wanneer het eenmaal is bereikt, niet meer mag worden overschreden;
e. immissie: concentratie van een verontreinigende stof op leefniveau;
f. jaargemiddelde concentratie: concentratie van verontreinigende stoffen in de buitenlucht, gemiddeld in een kalenderjaar, uitgedrukt in microgram per m3 lucht;
g. luchtkwaliteit: de mate waarin verontreinigende stoffen in de buitenlucht voorkomen;
h. luchtkwaliteitsbeoordeling: meting, berekening, voorspelling, dan wel raming van de concentratie van verontreinigende stoffen in de buitenlucht ten einde te bepalen of aan een grens- of richtwaarde is voldaan;
i. meet- en beoordelingspunt: een door middel van coördinaten aangewezen en feitelijk publiek toegankelijke locatie waar luchtkwaliteitsbeoordelingen plaatsvinden;
j. richtwaarde: een bij algemeen verbindend voorschrift vastgesteld kwaliteitsniveau van de concentratie van verontreinigende stoffen, met het doel om schadelijke gevolgen voor de menselijke gezondheid of het milieu als geheel te vermijden, te voorkomen of te verminderen en dat voor zover mogelijk binnen een bepaalde termijn moet worden bereikt;
k. uurgemiddelde concentratie: concentratie van verontreinigende stoffen in de buitenlucht, gemiddeld over een heel uur, uitgedrukt in microgram per m3 lucht;
l. verontreinigende stof: een stof die zich als gevolg van menselijke activiteiten in het milieu op het leefniveau bevindt en die schadelijke gevolgen voor de menselijke gezondheid of het milieu als geheel kan hebben.
Artikel 32b
Verontreinigende stoffen
Als verontreinigende stoffen worden aangemerkt:
a. Zwaveldioxide (SO2);
b. Fijnstof (PM10);
c. Fijnstof (PM2,5);
d. Stikstofdioxide (NO2);
e. Benzeen (C6H6);
f. Lood (Pb);
g. Nikkel (Ni);
h. Cadmium (Cd);
i. Arseen (As);
j. Vanadium (V);
k. Benzo(a)pyreen (B(a)P);
l. Koolstofmonoxide (CO);
m. Ozon (O3);
n. Waterstofsulfide (H2S).
Afdeling 2
Beoordeling van de luchtkwaliteit
Artikel 32c
Monitoringsnetwerk
1. Er is een monitoringsnetwerk luchtkwaliteit. De Minister van Gezondheid, Milieu en Natuur is verantwoordelijk.
2. Het doel van het monitoringsnetwerk is het verzamelen van luchtkwaliteitsgegevens en vaststellen of de luchtkwaliteit voldoet aan de bij of krachtens deze landsverordening vastgestelde grenswaarden, richtwaarden, dan wel alarmdrempels.
3. De Minister van Gezondheid, Milieu en Natuur maakt de verzamelde luchtkwaliteitsgegevens bekend op elektronische wijze.
4. Bij of krachtens landsbesluit, houdende algemene maatregelen, worden nadere regels gesteld over de meet- en beoordelingspunten die onderdeel uitmaken van het monitoringsnetwerk.
Artikel 32d
Vaststelling Meetmethodes en rekenmethode
Bij of krachtens landsbesluit, houdende algemene maatregelen, worden de meet- en rekenmethodes vastgesteld en wordt bepaald op welke wijze en met welke frequentie de luchtkwaliteitsbeoordelingen plaatsvinden.
Afdeling 3
Algemene Luchtkwaliteitsnormen
Artikel 32e
Grens-en richtwaarden zwaveldioxide (SO2)
1. Voor de concentratie van zwaveldioxide (SO2) in de buitenlucht gelden de volgende grenswaarden:
a. 50 microgram per m3 als jaargemiddelde concentratie;
b. 125 microgram per m3 als daggemiddelde concentratie, waarbij geldt dat deze maximaal vier maal per kalenderjaar mag worden overschreden;
c. 350 microgram per m3 als uurgemiddelde concentratie, waarbij geldt dat deze maximaal vierentwintig maal per kalenderjaar mag worden overschreden.
2. Voor de concentratie van zwaveldioxide (SO2) in de buitenlucht gelden de volgende richtwaarden, die met ingang van 2035 voor zover mogelijk moeten worden bereikt:
a. 20 microgram per m3 als jaargemiddelde concentratie;
b. 40 microgram per m3 als daggemiddelde concentratie, waarbij geldt dat deze maximaal vier maal per kalenderjaar mag worden overschreden.
3. Voor de concentratie van zwaveldioxide (SO2) in de buitenlucht geldt een alarmdrempel van 500 microgram per m3 als uurgemiddelde.
4. In afwijking van het eerste lid, onderdeel a, wordt de grenswaarde voor de jaargemiddelde concentratie gedurende de eerste vijf kalenderjaren na inwerkingtreding van deze landsverordening gesteld op 70 microgram per m3.
Artikel 32f
Grenswaarden fijnstof (PM10)
1. Voor de concentratie van fijnstof (PM10) in de buitenlucht gelden de volgende grenswaarden:
a. 50 microgram per m3 als jaargemiddelde concentratie;
b. 50 microgram per m3 als daggemiddelde concentratie, waarbij geldt dat deze maximaal vijfendertig maal per kalenderjaar mag worden overschreden.
2. Voor de concentratie van fijnstof (PM10) in de buitenlucht geldt een alarmdrempel van 300 microgram per m3 als daggemiddelde concentratie.
Artikel 32g
Grenswaarde fijnstof (PM2,5)
Voor de concentratie van fijnstof (PM2,5) in de buitenlucht geldt de grenswaarde van 25 microgram per m3 als jaargemiddelde concentratie.
Artikel 32h
Grenswaarden voor stikstofdioxide (NO2)
1. Voor de concentratie van stikstofdioxide (NO2) in de buitenlucht gelden de grenswaarden van:
a. 40 microgram per m3 als jaargemiddelde concentratie;
b. 200 microgram per m3 als uurgemiddelde concentratie, waarbij geldt dat deze maximaal achttien maal per kalenderjaar mag worden overschreden.
2. Voor de concentratie van stikstofdioxide (NO2) in de buitenlucht geldt een alarmdrempel van 1000 microgram per m3 als uurgemiddelde.
Artikel 32i
Grens- en richtwaarden benzeen (C6H6)
1. Voor de concentratie van benzeen (C6H6) in de buitenlucht geldt de grenswaarde van 5 microgram per m3 als jaargemiddelde concentratie.
2. Voor de concentratie van benzeen in de buitenlucht geldt de richtwaarde van 1 microgram per m3 als jaargemiddelde concentratie die voor zover mogelijk moet worden bereikt binnen vijf jaar na inwerkingtreding van deze landsverordening.
Artikel 32j
Grenswaarde lood (Pb)
Voor de concentratie van lood (Pb) in de buitenlucht geldt de grenswaarde van 0,5 microgram per m3 als jaargemiddelde concentratie.
Artikel 32k
Richtwaarde nikkel (Ni):
Voor de concentratie van nikkel (Ni) in de buitenlucht geldt de richtwaarde van 0,02 microgram per m3 als jaargemiddelde concentratie die voor zover mogelijk moet worden bereikt binnen vijf jaar na inwerkingtreding van deze landsverordening.
Artikel 32l
Richtwaarde cadmium (Cd)
Voor de concentratie van cadmium (Cd) in de buitenlucht geldt de richtwaarde van 5 nanogram per m3 als jaargemiddelde concentratie die voor zover mogelijk moet worden bereikt binnen vijf jaar na inwerkingtreding van deze landsverordening.
Artikel 32m
Richtwaarde arseen (As)
Voor de concentratie van arseen (As) in de buitenlucht geldt de richtwaarde van 6 nanogram per m3 als jaargemiddelde concentratie die voor zover mogelijk moet worden bereikt binnen vijf jaar na inwerkingtreding van deze landsverordening.
Artikel 32n
Richtwaarde vanadium (V)
Voor de concentratie vanadium (V) in de buitenlucht geldt de richtwaarde van 1 microgram per m3 als jaargemiddelde concentratie die voor zover mogelijk moet worden bereikt binnen vijf jaar na inwerkingtreding van deze landsverordening.
Artikel 32o
Richtwaarde benzo(a)pyreen (B(a)P)
Voor de concentratie van benzo(a)pyreen (B(a)P) in de buitenlucht geldt de richtwaarde van 1 microgram per m3 als jaargemiddelde concentratie die voor zover mogelijk moet worden bereikt binnen vijf jaar na inwerkingtreding van deze landsverordening.
Artikel 32p
Grenswaarde voor koolstofmonoxide (CO)
Voor de concentratie van koolstofmonoxide (CO) in de buitenlucht geldt de grenswaarde van 10.000 microgram per m3 als acht-uurgemiddelde concentratie.
Artikel 32q
Grenswaarde voor ozon (O3)
Voor de concentratie van ozon (O3) in de buitenlucht geldt de grenswaarde van 100 microgram per m3 als acht-uurgemiddelde concentratie.
Artikel 32r
Richtwaarde waterstofsulfide (H2S)
Voor de concentratie van waterstofsulfide (H2S) in de buitenlucht geldt de richtwaarde van 45 microgram per m3 als daggemiddelde concentratie die voor zover mogelijk moet worden bereikt binnen vijf jaar na inwerkingtreding van deze landsverordening.
Artikel 32s
Bijdragen natuurlijke bronnen
Bij de beoordeling, bedoeld in artikel 15, tweede lid, kan de minister van Gezondheid, Milieu en Natuur rekening houden met de bijdrage van natuurlijke bronnen, indien:
a. de bijdrage van de natuurlijke bronnen niet kan worden beheerst;
b. de bijdrage van de natuurlijke bronnen nauwkeurig kan worden bepaald; of
c. de bijdrage van de natuurlijke bronnen een directe relatie heeft tot de te toetsen grenswaarde.
Afdeling 4
Informatie- en rapportageverplichtingen
Artikel 32t
Informatie aan het publiek
1. De basisinformatie van de luchtkwaliteit en de resultaten van de luchtkwaliteitsbeoordeling, metingen en berekeningen van de verontreinigende stoffen in de buitenlucht worden bekend gemaakt op elektronische wijze.
2. De basisinformatie, bedoeld in het eerste lid, vermeldt in ieder geval:
a. het meet- en beoordelingspunt;
b. een weergave van het actuele kwaliteitsniveau van de buitenlucht;
c. een beschrijving van het ontstaan van concentraties van de verontreinigende stoffen in de buitenlucht;
d. mogelijke risico’s voor de gezondheid bij blootstelling aan de verhoogde concentratie verontreinigende stoffen.
Artikel 32u
Rapportage
Onverminderd het bepaalde in artikel 32t en artikel 32v stelt de Minister van Gezondheid, Milieu en Natuur uiterlijk op 1 mei van elk kalenderjaar een rapport op van de beoordeling van de luchtkwaliteit van het voorgaande kalenderjaar. Het rapport wordt gepubliceerd in de Landscourant en bekendgemaakt op een andere, elektronische wijze
Artikel 32v
Kennisgeving bij overschrijding van grenswaarden
1. Indien een grenswaarde wordt overschreden, stelt de Minister van Gezondheid, Milieu en Natuur de bevolking zo spoedig mogelijk op elektronische wijze in kennis van de actuele kwaliteitsniveaus van verontreinigende stoffen in de buitenlucht en vermeldt in ieder geval:
a. het meet- en beoordelingspunt waar de grenswaarde is overschreden;
b. een beschrijving van de oorzaak van de overschrijding van de grenswaarde en de stoffen in de buitenlucht die luchtverontreiniging veroorzaken;
c. een weergave van het actuele kwaliteitsniveau van de stoffen en een toelichting daarop;
d. een prognose van de kwaliteitsniveau voor het volgende kwartaal;
e. een beschrijving van de bevolkingsgroep waarvoor blootstelling aan verhoogde concentratie van de verontreinigende stof in de buitenlucht risico’s kan inhouden voor de gezondheid, alsmede van de te verwachten symptomen en de door die bevolkingsgroep te treffen voorzorgmaatregelen;
f. een verwijzing naar de Uitvoeringsorganisatie Geneeskunde en Gezondheidszaken en Uitvoeringsorganisatie Milieu en Natuurbeheer als bronnen van nadere informatie over de luchtverontreiniging of de risico’s voor de gezondheid en het milieu;
g. indien van toepassing, gegevens over de belangrijkste bronnen die bijdragen aan de luchtverontreiniging en aanbevelingen voor maatregelen om de immissies van verontreinigende stoffen te verminderen.
2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing indien naar redelijke verwachting het risico bestaat dat de concentratie van verontreinigende stoffen in de buitenlucht de grenswaarde zal overschrijden.
Artikel 32w
Aanpassing grens- en richtwaarden
1. Indien wetenschappelijke inzichten ertoe nopen en het belang van het milieu en de volksgezondheid zich er niet tegen verzetten, kunnen de grens- en richtwaarden bedoeld in dit hoofdstuk worden gewijzigd bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen.
2. De voordracht voor een krachtens het eerste lid vast te stellen landsbesluit, houdende algemene maatregelen, wordt niet gedaan dan nadat het ontwerp in de Landscourant is bekendgemaakt en aan een ieder de gelegenheid is geboden om binnen vier weken na de dag waarop de bekendmaking is geschied, wensen en bedenkingen ter kennis van de minister te brengen. Gelijktijdig met de bekendmaking wordt het ontwerp aan de Staten overgelegd.
Artikel 32x
Evaluatiebepaling
De Minister van Gezondheid, Milieu en Natuur zendt elke vijf jaar na de inwerkingtreding van deze landsverordening aan de Staten een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van dit hoofdstuk in de praktijk.
H
In artikel 34 wordt telkens “de Minister van Gezondheid, Milieu en Natuur” vervangen door: de Inspectie.
I
Artikel 36 komt te luiden:
Artikel 36
Bestuursdwang
1. De Inspectie is bevoegd tot het doen wegnemen, ontruimen, beletten, verrichten of in de vorige toestand herstellen van hetgeen in strijd met deze landsverordening en/of de daarop berustende bepalingen is of wordt gedaan, gehouden of nagelaten.
2. De bepalingen opgenomen in Hoofdstuk 4, paragraaf 2 van de Landsverordening Inspectie voor Volksgezondheid, Milieu en Natuur zijn van overeenkomstige toepassing.
J
Artikel 37 komt te luiden:
Artikel 37
Last onder dwangsom
1. Indien het belang van de bescherming van het milieu zich daartegen niet verzet, kan de Inspectie in plaats van het uitoefenen van bestuursdwang aan de overtreder een last onder dwangsom opleggen, die ertoe strekt de overtreding ongedaan te maken dan wel een herhaling van de overtreding te voorkomen.
2. De bepalingen opgenomen in Hoofdstuk 4, paragraaf 3 van de Landsverordening Inspectie voor Volksgezondheid, Milieu en Natuur zijn van overeenkomstige toepassing.
K
Na artikel 37 vervalt “Hoofdstuk 6 Administratief beroep” en wordt een artikel ingevoegd luidende:
Artikel 38
Bestuurlijke boete
1. Ingeval van overtreding van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde kan de Inspectie aan de overtreder een boete opleggen van ten hoogste een miljoen gulden.
2. De bepalingen opgenomen in Hoofdstuk 4, paragraaf 4 van de Landsverordening Inspectie voor Volksgezondheid, Milieu en Natuur zijn van overeenkomstige toepassing.
L
Artikel 42 komt te luiden:
Artikel 42
Toezicht
1. Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde zijn belast de daartoe bij landsbesluit aangewezen personen werkzaam bij de Inspectie.
2. De bepalingen opgenomen in Hoofdstuk 4, paragraaf 1 van de Landsverordening Inspectie voor Volksgezondheid, Milieu en Natuur zijn van overeenkomstige toepassing.
M
Artikel 43 komt te luiden:
Artikel 43
Opsporing
1. Met de opsporing van de bij of krachtens deze landsverordening strafbaar gestelde feiten zijn, naast de personen, aangewezen in artikel 184 van het Wetboek van Strafvordering, belast de daartoe bij landsbesluit aangewezen personen werkzaam bij de Inspectie.
2. De bepalingen opgenomen in Hoofdstuk 4, paragraaf 5 van de Landsverordening Inspectie voor Volksgezondheid, Milieu en Natuur zijn van overeenkomstige toepassing.
N
Artikel 45 vervalt.
O
Artikel 46 komt te luiden:
Artikel 46
Strafsancties
1. Een gedraging in strijd met:
a. het in artikel 3, eerste en tweede lid, gestelde verbod; of
b. de krachtens artikel 4, tweede lid of artikel 4a vastgestelde regelen of de in verband met artikel 4, derde lid, gestelde nadere eisen;
wordt gestraft met een hechtenis van ten hoogste een jaar of geldboete van de vijfde categorie.
2. Een gedraging in strijd met:
a. een krachtens artikel 22 aan een vergunning verbonden voorschrift; of
b. een krachtens artikel 34, tweede lid, gegeven bevel;
wordt gestraft met een hechtenis van ten hoogste een jaar of geldboete van de zesde categorie.
3. Hij die overgaat tot beëindiging van een milieubelastende activiteit of van een werkwijze, als bedoeld in artikel 3, eerste en tweede lid, en artikel 4, eerste lid, zonder te voldoen aan de in artikel 30 neergelegde verplichting, terwijl de beëindiging geschiedt op voor het milieu onverantwoordelijke of nadelige wijze, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste een jaar of geldboete van de zesde categorie.
4. Indien tijdens het plegen van een in het eerste, tweede of derde lid bedoeld strafbaar feit nog geen jaar is verlopen sedert een vroegere veroordeling van de schuldige wegens een gelijksoortige overtreding dan wel een gelijksoortig misdrijf onherroepelijk is geworden of vrijwillig is voldaan aan de voorwaarde door de bevoegde ambtenaar van het Openbaar Ministerie krachtens artikel 1:149 van het Wetboek van Strafrecht gesteld, worden de in het eerste en tweede lid van dit artikel geldboetes verhoogd met tot dubbele van de daarbij gestelde maxima.
P
Artikel 47 komt te luiden:
Artikel 47
Strafsancties
1. Een gedraging in strijd met:
a. het bepaalde in artikel 3, derde lid, laatste volzin;
b. het bepaalde in artikel 4, vierde lid;
c. een krachtens artikel 20, eerste, tweede of vijfde lid verbonden voorschrift;
d. de krachtens artikel 20, derde lid, vastgestelde regelen of de in verband met artikel 20, vierde lid, gestelde nadere eisen; of
e. de ingevolge artikel 43 opgelegde verplichting;
wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste een jaar, hetzij geldboete van de vijfde categorie, hetzij met beide straffen.
2. Artikel 46, vierde lid, is van overeenkomstige toepassing.
Q
Na artikel 49 wordt een artikel toegevoegd luidende:
Artikel 50
Overgangsbepaling
Onverminderd het bepaalde in artikel 22 en artikel 26 blijven vergunningen, als bedoeld in artikel 3, eerste lid van de Hinderverordening Curaçao die zijn verleend voorafgaand aan het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdelen E, F en G van de Landsverordening Luchtkwaliteitseisen Curaçao en de daaraan verbonden vergunningsvoorschriften luiden, zoals deze luidden voor inwerkingtreding van de genoemde onderdelen van artikel I van de Landsverordening Luchtkwaliteitseisen Curaçao.
De Landsverordening Inspectie voor de Volksgezondheid wordt gewijzigd als volgt:
A
Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel b wordt “de Inspectie voor de Volksgezondheid” vervangen door: de Inspectie voor Volksgezondheid, Milieu en Natuur.
2. In onderdeel c wordt “de Inspecteur-generaal voor de volksgezondheid” vervangen door: de Inspecteur-generaal voor volksgezondheid, milieu en natuur.
3. Onderdeel d vervalt.
B
Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt “Inspectie voor de Volksgezondheid” vervangen door: de Inspectie voor Volksgezondheid, Milieu en Natuur”.
2. In het tweede lid komt onderdeel a te luiden als volgt:
a. het toezicht op de volksgezondheid en de staat van het milieu en de natuur;
3. In het tweede lid, onderdeel b, wordt “wettelijke regelingen op het gebied van de volksgezondheid” vervangen door: wettelijke regelingen op het gebied van volksgezondheid, milieu en natuur en wordt “milieuaangelegenheden” vervangen door: milieu- en natuuraangelegenheden.
4. Onderdelen d tot en met g worden verletterd tot onderdelen c tot en met f.
C
In artikel 3 wordt in het eerste en het tweede lid telkens “Inspecteur-generaal voor de volksgezondheid” vervangen door: Inspecteur-generaal.
D
Artikel 11, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel c wordt “goederen aan opneming en onderzoek te onderwerpen,” vervangen door: stoffen dan wel goederen aan opneming en onderzoek te onderwerpen,.
2. Onderdeel d komt te luiden:
d. alle plaatsen met uitzondering van woningen zonder uitdrukkelijke toestemming van de bewoner te betreden, al dan niet met hun apparatuur en eventueel vergezeld van door hen aangewezen personen;
3. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel e door een puntkomma wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
f. de lading van vervoermiddelen te onderzoeken; zij kunnen daartoe van de bestuurders vorderen dat deze hun vervoermiddel tot stilstand brengen en naar een door hen aangewezen plaats overbrengen.
E
In artikel 15 en in artikel 28, eerste lid, wordt telkens “de volksgezondheid betreffende” vervangen door: de volksgezondheid, het milieu, dan wel de natuur betreffende.
F
In artikel 39 wordt “op het gebied van de volksgezondheid strafbaar gestelde feiten” vervangen door: op het gebied van de volksgezondheid, het milieu dan wel de natuur strafbaar gestelde feiten.
G
Artikel 45 komt te luiden:
Artikel 45
1. Deze landsverordening wordt aangehaald als: Landsverordening Inspectie voor Volksgezondheid, Milieu en Natuur.
2. Daar waar in andere wettelijke regelingen wordt verwezen naar de Landsverordening Inspectie voor de Volksgezondheid wordt gelezen: Landsverordening Inspectie voor Volksgezondheid, Milieu en Natuur.
De Eilandsverordening leges, precariorechten en retributies Curaçao 1992 wordt gewijzigd als volgt:
Artikel 19 vervalt.
Deze landsverordening wordt aangehaald als: Landsverordening luchtkwaliteitseisen Curaçao.
Deze landsverordening treedt in werking op een bij landsbesluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.