Landsbesluit opgedragen telecommunicatiediensten - Informashon tokante Gobièrnu di Kòrsou

Wet- en Regelgeving

Landsbesluit opgedragen telecommunicatiediensten

Publicatienummer: P.B. 2025, no. 41
Categorie: Landsbesluit, houdende algemene maatregelen
Ministerie: Verkeer, Vervoer & Ruimtelijke Planning
Datum ondertekening: 05-03-2025
Datum inwerktreding: 26-04-2025
Geregistreerd in:
Klapper Publicatieblad ( HOOFDSTUK IX Verkeer en vervoer )


LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, van de 5de maart 2025 houdende wijziging van het Landsbesluit opgedragen telecommunicatiediensten

Datum inwerkingtreding Terugwerkende kracht tot en met Datum ingetrokken Betreft Vindplaats Zittingsjaar
26-04-2025, m.u.v. art. 8, lid 1, onder h (zie verder art. II)

 

n.v.t. n.v.t. artikelen 1 tot en met 12 P.B. 2025, no. 41 n.v.t.
01-01-1996 n.v.t. n.v.t. Geconsolideerde tekst P.B. 2024, no. 112 (GT) n.v.t.

Artikel I

Het Landsbesluit opgedragen telecommunicatiediensten wordt als volgt gewijzigd:

A Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel b door een puntkomma, wordt een onderdeel c toegevoegd, luidende:
c. nummer: cijfers, letters of andere symbolen, al dan niet in combinatie, die
bestemd zijn voor toegang tot of identificatie van gebruikers, aanbieders van telecommunicatie-infrastructuur, diensten, netwerkaansluitpunten of andere netwerkelementen.

B Onder vernummering van artikelen 11 en 12 tot artikelen 9 en 10 komen de paragrafen 2 tot en met 6 als volgt te luiden:

 

§ 2. Opgedragen diensten

Artikel 2

De opgedragen diensten met betrekking tot het directe transport van gegevens, bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de landsverordening, omvatten de in de artikelen 4 tot en met 6 omschreven lokale telecommunicatiedienst, mobiele telecommunicatiedienst en langeafstand telecommunicatiedienst.

Artikel 3

De opgedragen diensten, genoemd in artikel 2, kunnen naar hun aard en omvang in een concessie worden beperkt tot één of meer van deze diensten dan wel delen daarvan.

§ 3 Vaste telecommunicatiedienst

Artikel 4

Onder vaste telecommunicatiedienst wordt verstaan de dienst:
a. met betrekking tot het directe transport van spraak tussen vaste aansluitpunten op een telecommunicatie-infrastructuur binnen een verzorgingsgebied, waarbij een gebruiker vanaf een vast aansluitpunt een verbinding kan maken met een ander vast aansluitpunt binnen hetzelfde verzorgingsgebied;
b. waarbij een gebruiker vanaf een vast aansluitpunt op een telecommunicatie-infrastructuur binnen een verzorgingsgebied een verbinding kan maken met de gebruiker van een mobiel aansluitpunt op een andere telecommunicatie-infrastructuur binnen hetzelfde verzorgingsgebied;
c. waarbij spreekgelegenheid op openbare grond wordt verzorgd;
d. waarbij vanaf een vast aansluitpunt op een telecommunicatie-infrastructuur de toegang tot het internet wordt geboden en derhalve connectiviteit met vrijwel alle eindpunten van het internet, ongeacht de gebruikte netwerktechnologie en eindapparatuur.

§ 4 Mobiele telecommunicatiedienst

Artikel 5

Onder mobiele telecommunicatiedienst wordt verstaan de dienst:
a. met betrekking tot het directe transport van spraak tussen mobiele aansluitpunten van een telecommunicatie-infrastructuur binnen een verzorgingsgebied, waarbij een gebruiker vanaf een mobiel aansluitpunt een verbinding met een ander mobiel aansluitpunt binnen hetzelfde verzorgingsgebied kan maken;
b. waarbij een gebruiker vanaf een mobiel aansluitpunt op een telecommunicatie-infrastructuur binnen een verzorgingsgebied een verbinding kan maken met een vast aansluitpunt op een telecommunicatie-infrastructuur binnen hetzelfde verzorgingsgebied;
c. waarbij vanaf een mobiel aansluitpunt op een telecommunicatie-infrastructuur de toegang tot het internet wordt geboden en derhalve connectiviteit met vrijwel alle eindpunten van het internet, ongeacht de gebruikte netwerktechnologie en eindapparatuur.

§ 5 Langeafstand telecommunicatiedienst

Artikel 6

Onder langeafstand telecommunicatiedienst wordt verstaan de dienst:
a. waarbij een gebruiker van een vast aansluitpunt op een telecommunicatie-infrastructuur binnen het verzorgingsgebied een verbinding kan maken met een aansluitpunt in een ander land en vrijwel alle eindpunten van het internet, ongeacht de gebruikte netwerktechnologie en eindapparatuur;
b. waarbij een gebruiker van een mobiel aansluitpunt op een telecommunicatie-infrastructuur binnen het verzorgingsgebied een verbinding kan maken met een aansluitpunt in een ander land en vrijwel alle eindpunten van het internet, ongeacht de gebruikte netwerktechnologie en eindapparatuur.

§ 6 Overige bepalingen

Artikel 7

Tot de in de artikelen 4 tot en met 6 omschreven diensten behoren de opslag en bewerking van gegevens, doch slechts voor zover dit noodzakelijk is voor het directe transport van gegevens en de hierbij behorende processen.

Artikel 8

1. Tot de in de artikelen 4 tot en met 6 omschreven diensten behoren in ieder geval de volgende activiteiten:
a. de lever- en aansluitplicht, waaronder wordt verstaan het tot stand brengen van aansluitingen op de telecommunicatie-infrastructuur waarmede de bedoelde dienst wordt geleverd alsmede het opheffen van storingen daarin;
b. de koppeling, waaronder wordt verstaan het door de houder van een concessie verbinden van de onder diens verantwoordelijkheid vallende telecommunicatie-infrastructuur met die welke valt onder de verantwoordelijkheid van een andere concessiehouder ten behoeve van de dienstverlening die aan deze concessiehouder is opgedragen alsmede het ter beschikking stellen van deze infrastructuur;
c. de routering, waaronder wordt verstaan de verwerking van het adres van de bestemming;
d. de verbindingsopbouw, waaronder wordt verstaan het tot stand brengen van de relatie tussen aansluitpunten;
e. de tarifering, waaronder wordt verstaan het bijhouden van de gebruikskosten;
f. het bestandsbeheer, waaronder wordt verstaan het beheren van de gegevens van de aansluitingen;
g. de incasso, waaronder wordt verstaan het verrekenen van de aansluit- en gebruikskosten;
h. de nummerportabiliteit, bedoeld in het derde lid.
2. Tot de in de artikelen 4 tot en met 6 bedoelde diensten behoren tevens het verstrekken van faciliteiten die ten nauwste verband houden met de verbindingsopbouw, routering en tarifering.
3. Onder nummerportabiliteit wordt verstaan de activiteit waarbij een concessiehouder, verplicht is degene die op grond van een met hem gesloten overeenkomst een telecommunicatiedienst afneemt, de mogelijkheid te bieden het in het kader van de afgenomen telecommunicatiedienst bij hem in gebruik zijnde nummer te blijven gebruiken indien:
a. een overeenkomst is of wordt gesloten met een andere concessiehouder voor het afnemen van een telecommunicatiedienst;
b. er binnen het verzorgingsgebied van adres wordt veranderd; of
c. ervoor wordt gekozen een andere telecommunicatiedienst af te nemen bij dezelfde concessiehouder.
4. Een concessiehouder op wie een verplichting als bedoeld in het derde lid rust, is tevens verplicht:
a. degene met wie hij overeenkomt een telecommunicatiedienst te leveren te informeren en de mogelijkheid te bieden in het kader van die dienst het voorheen bij diegene in gebruik zijnde nummer te blijven gebruiken;
b. indien degene met wie hij overeenkomt een telecommunicatiedienst te leveren tijdig laat weten gebruik te maken van de mogelijkheid bedoeld in het derde lid, onderdeel a, de levering van de dienst via het bij hem in gebruik zijnde nummer zo spoedig mogelijk aan te vangen. Bij ministeriële regeling met algemene werking, worden de termijnen bepaald waarbinnen de mededeling gebruik te willen maken van de mogelijkheid bedoeld in het derde lid, onderdeel a, dient te worden gedaan en de levering van de dienst dient te worden aangevangen;
c. een nummer binnen een bij ministeriële regeling met algemene werking te bepalen termijn over te dragen aan de nummerontvangende concessiehouder;
d. te goeder trouw samen te werken met de nummerontvangende of nummeroverdragende concessiehouder zonder vertraging of misbruik van het overdrachtproces te veroorzaken;
e. ervoor te zorgen dat zijn telecommunicatie-infrastructuur zodanig is ingericht dat de op hem krachtens het derde lid rustende verplichting kan worden nakomen, en
f. het nummer niet over te dragen zonder uitdrukkelijke toestemming van de gebruiker van een nummer.
5. Het recht om nummers te blijven gebruiken, bedoeld in het derde lid, kan niet door contractvoorwaarden worden beperkt.
6. Bij een op een concessiehouder rustende verplichting, krachtens het derde lid, onderdeel a, gaat in het geval het betreffende nummer is toegekend aan een concessiehouder en de betreffende telecommunicatiedienst voortaan bij een andere concessiehouder wordt afgenomen, de toekenning van het betreffende nummer over op die andere concessiehouder.
7. Bij ministeriële regeling met algemene werking kunnen categorieën van nummers worden aangewezen waarvoor geldt dat, in het geval een nummer uit die categorie na een overgang op grond van het zesde lid, niet langer in gebruik is, de toekenning van het nummer teruggaat naar de concessiehouder aan wie het nummer oorspronkelijk was toegekend.
8. Een concessiehouder die een nummer behorende tot een door de Minister op grond van het zevende lid aangewezen categorie niet oorspronkelijk toegekend heeft gekregen doet, indien hij het nummer niet langer in gebruik heeft, hiervan mededeling aan de Minister. Na ontvangst van de in de vorige zin bedoelde mededeling stelt de Minister de concessiehouder naar wie de toekenning van het nummer op grond van het zevende lid is teruggegaan hiervan op de hoogte.
9. De concessiehouders stellen de Minister, op diens verzoek, op de hoogte van de toekenningen van nummers die in een door de Minister te bepalen periode op grond van het zesde lid van hen op andere concessiehouders zijn overgegaan, alsmede van de toekenningen van nummers die op grond van het zesde lid van andere concessiehouders op hen zijn overgegaan.
10. Bij ministeriële regeling met algemene werking, kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de doorberekening van kosten aan eindgebruikers door concessiehouders op wie een verplichting als bedoeld in het derde lid, onderdeel a, rust.
11. Bij ministeriële regeling met algemene werking kunnen voorts nadere regels worden gesteld met betrekking tot de uitvoering van de op de concessiehouder krachtens het derde en vierde lid rustende verplichting.

Artikel II

Dit landsbesluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van bekendmaking. De inwerkingtreding van artikel 8, eerste lid, onder h, zal voor een of meerdere van de in artikel 4 tot en met 6 omschreven telecommunicatiediensten, op een bij landsbesluit vast te stellen tijdstip plaatsvinden.

Artikel III

Dit landsbesluit wordt aangehaald als: Landsbesluit opgedragen telecommunicatiediensten.

 

Naar boven