Publicatienummer: | P.B. 2020, no. 158, zoals laatstelijk gewijzigd bij P.B. 2023, no. 4 |
Categorie: | Landsverordening |
Ministerie: | Bestuur, Planning & Dienstverlening |
Datum ondertekening: | 30-12-2020 |
Datum inwerktreding: | 01-01-2021 |
File: | Memorie van toelichting behorende bij de Landsverordening inkorting arbeidsvoorwaarden 2020 |
LANDSVERORDENING van de 30ste december 2020 houdende het niet toekennen van vakantie-uitkering en de inkorting op vakantie-uren vanaf 1 juli 2020 en het niet toekennen van een verhoging van de bezoldiging vanaf 1 januari 2021
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Vervaldatum | Betreft | Vindplaats | Zittingsjaar |
1 januari 2021 |
a. 1 juli 2020 v.w.b. de artt. 4 en 6; b. 1 juli 2020 v.w.b. de artt. 2, 3, 5, 7 en 8 |
Moederregeling | P.B. 2020, no. 158 | 2020-2021-175 | |
21 januari 2023 | tot en met 1 juni 2022 | 21 januari 2023 | Vervallenverklaring artt. 2 tot en met 8 | P.B. 2023, no. 4 |
In de bepalingen gegeven bij of krachtens deze landsverordening wordt verstaan onder:
ambtenaar: ambtenaar in de zin van de Landsverordening Materieel Ambtenarenrecht;
Staatsorganen: de Staten, de Raad van Advies, de Algemene Rekenkamer, de Ombudsman en de Sociaal Economische Raad;
werknemer: de werknemer in de zin van de Regeling Vakantie en Vrijstelling van Dienst Werknemers;
onderwijzend personeel: het onderwijzend personeel bij het van overheidswege gegeven openbaar onderwijs. Onder onderwijzend personeel wordt mede begrepen de amanuensis werkzaam bij het van overheidswege gegeven openbaar onderwijs.
(Vervallen)
(Vervallen)
(Vervallen)
(Vervallen)
(Vervallen)
(Vervallen)
(Vervallen)
Deze landsverordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2021 en de afzonderlijke artikelleden, uitgezonderd artikel 9, vervallen op een bij landsbesluit te bepalen tijdstip dat in ieder geval ligt na 30 juni 2021 met dien verstande dat:
a. de artikelen 4 en 6 terugwerken tot en met 1 juli 2020;
b. de artikelen 2, 3, 5, 7 en 8 terugwerken tot en met 1 juli 2020 in zoverre dat in de periode dat ligt tussen 1 juli 2020 en 1 januari 2021 slechts 3,25 vakantie-uren ingekort worden en de overige 8.75 uren in het jaar daarop worden ingekort.
Deze landsverordening kan worden aangehaald als: Landsverordening inkorting arbeidsvoorwaarden 2020.